Twee keer twee woorden, gescheiden door een komma doen het Binnenhof op zijn grondvesten schudden. Positie Omtzigt, functie elders. Zo stond er achter een bullet te lezen op de aantekeningen van Kajsa Ollongren, een van de verkenners van een nieuw kabinet. Vragen naar van wie die suggestie afkomstig is om het kritische, maar zeer populaire CDA-Kamerlid weg te promoveren, is volgens premier Rutte zinloos. En by the way, hij was het in elk geval niet, zo beweert de VVD-voorman. En Sigrid Kaag van D66 evenmin. ‘Niemand gaat hier uitleg over geven.’
Een meerderheid in de Tweede Kamer denkt daar echter anders over en wil over de formatieverkenning in debat, ook met de inmiddels oud-verkenners Ollongren en Annemarie Jorritsma. Of de aap dan uit de mouw komt, valt te betwijfelen. Liever dan de ongemakkelijke waarheid te spreken, kiezen de verantwoordelijken er waarschijnlijk voor om de vermoorde onschuld te spelen. Er staat veel op het spel: vier jaar macht. Omtzigt heeft daar lak aan. Hij stelt zich, als hij dat in zijn rol als volksvertegenwoordiger en controleur van het regeringsbeleid nodig vindt, uiterst kritisch op en allerminst als coalitieslaaf. Het is met name aan zijn vasthoudendheid te danken dat de kindertoeslagenaffaire boven tafel kwam, waarop uiteindelijk het kabinet Rutte III kwam te vallen.
‘Functie elders’ voor Omtzigt voorkomt dat hij straks Rutte opnieuw hinderlijk voor de voeten gaat lopen. Blijft Omtzigt, dan is hij namelijk de gedoodverfde nieuwe fractievoorzitter van het CDA. En die zal er niet voor zal terugdeinzen parlementaire enquêtes als middel in te zetten om onderste stenen boven te krijgen – bij zowel oude als nieuwe kwesties. Daar zit Rutte – die niet om een kabinet met de christendemocraten heen kan – bepaald niet op te wachten.
Maar ook Wopke Hoekstra loopt minder risico met een ‘functie elders’ voor zijn Twentse partijgenoot. De CDA-voorman is zo goed als zeker van een nieuwe post in het kabinet, maar mag met Omtzigt als fractievoorzitter vrezen voor concurrentie uit de eigen gelederen. Hoekstra mag dan wel officieel eerste man zijn binnen zijn partij, Omtzigt steekt hem qua populariteit serieus naar de kroon: hij haalde bij de verkiezingen op 17 maart 350.000 voorkeursstemmen binnen. Dat waren er maar net iets minder dan de lijsttrekker zelf. Zonder Omtzigt is het uitoefenen van macht zoveel makkelijker. Maar wie dat hardop zegt, is af.