D66 zit electoraal gezien in het slob, de peilingen zijn niet al te rooskleurig. Vandaar dat D66 de zoveelste wanhoopspoging doet om toch nog stemmen te trekken. Ze zijn een nieuwe #-actie begonnen. Ditmaal om drugs te legaliseren, misschien dat er dan nog enkele jongeren op de partij gaan stemmen….
Mensen gebruiken drugs. Daar kunnen we de ogen voor sluiten, maar het gebeurt. Verbieden heeft geen zin.
Tijd voor een drugsaanpak die wél werkt! Doe net als al deze mensen uit de advocatuur, wetenschap, dancescene & mediawereld ook mee 👇https://t.co/qTaEomjiIw pic.twitter.com/SIu8I0By8Z
— D66 (@D66) January 20, 2020
De partij is een hele petitie gestart om in Nederland drugs te legaliseren. Nu willen ze wel het volk raadplegen, maar een referenda? Ho maar…
Dit is nu een typisch gevalletje van puberliberalisme, voor jongeren klinkt dit als het ultieme liberale ideaal: vrijheid. Terwijl het eerder overkomt alsof D66 een Randstadhobby wil legaliseren.
Voor inhoud hoeven we niet bij D66 te zijn helaas.
De redenering van D66 is alleen niet al te fraai, zoals mederedacteur Tim Engelbart ook al laat zien.
Toch zit er wel degelijk een gedachte achter. Er is zelfs een heel manifest rondom de drugs legalisering geschreven.
D66 ziet namelijk heel veel in ‘staats-drugs’, een vorm van legalisering waar de controles van drugs bij de overheid liggen.
Instelling van een staatscommissie
Honderd jaar na de eerste Opiumwet is het tijd voor een nieuwe manier van denken. Over hoe we een weg vinden uit de crisis die de afgelopen eeuw te veel mensenlevens heeft verwoest en te veel geld heeft gekost. Dit gaat niet over de vraag wie vóór drugs is en wie ertegen. Dit gaat over doen wat werkt. We snappen dat daar ook het (verder) objectiveren en concretiseren van onze ideeën bij hoort. Wij stellen daarom voor om, in navolging van de Werkgroep Verdovende Middelen die in 1968 werd ingesteld om adviezen te geven over verantwoord drugsgebruik, een staatscommissie te benoemen. Deze staatscommissie zou de opdracht moeten krijgen om voorstellen te doen om ons drugsbeleid te hervormen, waarbij het uitgangspunt is om gezondheidsrisico’s van drugs zo laag mogelijk te houden en de gezondheid, veiligheid en welzijn van onze samenleving als geheel zo goed mogelijk te waarborgen.
D66 publiceert verder een hele lijst aan wetenschappers en advocaten die hun idee steunen. Dit in de hoop dat het dan ‘sterker’ overkomt. Alleen komt het alsnog als een wanhoopspoging over.
Manifest voor een realistisch drugsbeleid
Het is tijd voor een nieuw manifest. Want er waait een gure wind door het drugsdebat. Door de onmacht om drugscriminaliteit effectief aan te pakken, lijken we juist de andere kant op te gaan.
In 2019 is het precies honderd jaar geleden dat de eerste Opiumwet tot stand kwam. In 1912 namen de Verenigde Staten het initiatief tot een internationale conferentie in Den Haag om de handel in en het gebruik van opium terug te dringen. Aanvankelijk voelden de Europese landen daar weinig voor. Zij hadden grote belangen in de handel in cocaïne, heroïne, morfine en opium in hun koloniën. Toch kwam het in 1914 tot een internationaal opiumverdrag, waarna het Nederlandse parlement met algemene instemming de Opiumwet aannam.
Doodlopende weg
We zijn nu honderd jaar verder. En wij concluderen dat het pad dat met de aanname van de Opiumwet in 1919 is ingeslagen, anno 2019 een doodlopende weg blijkt te zijn. Na het eerste verdrag tegen opium volgden in de afgelopen eeuw talloze mondiale verdragen, die één ding gemeen hebben: het streven naar een drugsvrije wereld. Maar niets lijkt op dit moment verder weg dan dat. Het United Nations Office on Drugs and Crime (UNODC) becijferde dat jaarlijks 300 miljard dollar omgaat in de wereldwijde narconomie, waarvan één derde in de cocaïnehandel.
Mensen gebruiken drugs. Verdrag of geen verdrag. Wet of geen wet. Vandaag de dag lijken overheden nog altijd blind voor dat inzicht. Wereldwijd wordt jaarlijks 100 miljard dollar uitgegeven aan de bestrijding van drugsgebruik en drugshandel. Zonder resultaat, want de drugsmisdaad blijft groeien en zich verder vertakken. De directe gevolgen van drugscriminalisering zijn duidelijk. Kijk naar het hoge percentage druggerelateerde gevangenisstraffen in de Verenigde Staten en alle doden die wereldwijd vallen als gevolg van de ‘war on drugs’. In Nederland is er een toenemend illegaal drugscircuit waarbinnen geweldsmisdrijven en moorden plaatsvinden. En door de illegaliteit wordt er steeds meer chemisch drugsafval gedumpt in de natuur en op straat.
Principes en pragmatisme
De ondertekenaars van dit manifest verschillen van mening over drugs. Sommigen van ons keuren het gebruik van drugs af. Anderen geloven dat mensen vrij moeten zijn om genotmiddelen te gebruiken. Maar met elkaar zijn we van mening dat de aanpak van de overheid erop gericht moet zijn om zowel de schadelijke effecten van drugsgebruik als van drugsbestrijding te beperken op basis van beleid dat werkt.
Dat vraagt om pragmatisme. Bij politici op lokaal, nationaal en internationaal niveau. De bekende mantra van méér bestrijding, méér drugswetten, méér repressie en méér stoere taal gaat het verschil niet maken. Het is tijd voor een ander perspectief. Voor een effectieve strategie. Alleen dan kunnen overheden langzaam maar zeker terrein terugwinnen op de drugsmisdaad. En we moeten realistisch zijn. Als eindelijk gekozen wordt voor een andere koers, dan zal er een lange overgangssituatie zijn, waarin drugscriminaliteit nog steeds aangepakt moet worden.
Historisch moment
Honderd jaar Opiumwet is voor Nederland een historisch moment om terug te kijken op ons internationaal vooruitstrevende drugsbeleid en lessen te trekken. Wat valt op? Het aantal gezondheidsincidenten is laag. En de manier waarop we drugs- en gebruikersmarkten monitoren, wordt internationaal geroemd.
Maar er zijn ook zorgen. Vooral over de productie van synthetische drugs en het aandeel van Nederland in de wereldwijde handel. Er woedt een brede discussie over ondermijning van de rechtsstaat en de brutaliteit van internationaal opererende drugsnetwerken en hun afvaldumpingen en liquidaties.
Honderd jaar Opiumwet biedt de kans vooruit te kijken mét de wijsheid van de afgelopen eeuw in de rug. Het is tijd om de politieke loopgraven te verlaten en ons te verenigen in een strategie die wérkt.
Ideeën
Wij hebben ons laten inspireren door de aanbevelingen van de Global Commission on Drug Policy, waarin toonaangevende politici zitting hebben, en stellen het volgende voor op weg naar een realistisch drugsbeleid:
- Laat het streven om via repressie naar een drugsvrije wereld te komen, varen. Het is een heilloze weg.
- Kies voor een gereguleerde drugsmarkt. Niet te verwarren met een vrije drugsmarkt. Maak in de aanpak en fasering onderscheid naar de schadelijkheid van drugs. Leer van de wietexperimenten en bouw hierop verder. Een overheid die de regie neemt op een controversiële markt verdient lof.
- Beperk de schade door mensen die drugs gebruiken niet te stigmatiseren en te criminaliseren, maar door de toegankelijkheid en kwaliteit van voorlichting en hulpverlening te vergroten en te verbeteren en heb daarbij vooral oog voor jongeren en andere kwetsbare personen.
- Werk internationaal samen. Voor een realistisch drugsbeleid moeten we ook over de grenzen heen kijken.
Instelling van een staatscommissie
Honderd jaar na de eerste Opiumwet is het tijd voor een nieuwe manier van denken. Over hoe we een weg vinden uit de crisis die de afgelopen eeuw te veel mensenlevens heeft verwoest en te veel geld heeft gekost. Dit gaat niet over de vraag wie vóór drugs is en wie ertegen. Dit gaat over doen wat werkt. We snappen dat daar ook het (verder) objectiveren en concretiseren van onze ideeën bij hoort. Wij stellen daarom voor om, in navolging van de Werkgroep Verdovende Middelen die in 1968 werd ingesteld om adviezen te geven over verantwoord drugsgebruik, een staatscommissie te benoemen. Deze staatscommissie zou de opdrachtmoeten krijgen om voorstellen te doen om ons drugsbeleid te hervormen, waarbij het uitgangspunt is om gezondheidsrisico’s van drugs zo laag mogelijk te houden en de gezondheid, veiligheid en welzijn van onze samenleving als geheel zo goed mogelijk te waarborgen.
Initiatiefnemers
- Floor van BakkumManager Jellinek
- Vera BergkampTweede Kamerlid D66
- Maarten GroothuizenTweede Kamerlid D66
- Dr. Ton NabbenDrugsonderzoeker, Faculteit Maatschappij en Recht HVA
Ondertekenaars
- Dr. Jan van AmsterdamPsychiatrie, Amsterdam UMC
- Hedy d’AnconaEx-minister van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur
- Prof. dr. G.G. AnthonioVoorzitter Raad van Bestuur Verslavingszorg Noord Nederland
- Merel Baldé (MEROL)Zangeres
- Nellie BennerPresentator Drugslab BNN
- Theo M.G. van BerkestijnEx-secretaris-generaal KNMG
- Gemma BlokHoogleraar Moderne Geschiedenis, OU
- Marc BlomLid Raad van Bestuur / psychiater, Parnassia Groep
- Tom BlickmanDrugs & Democratie programma, the TransNational Institute (TNI)
- Margreeth de BoerEx-minister van VROM
- Prof. mr. drs. Frits BolkesteinEx- minister van Defensie
- Joost J. BreeksemaDirectie Stichting Open
- Prof. Dr. W. van den BrinkEm. hoogleraar Verslavingszorg , Amsterdam UMC
- Annabel BroerLandelijk Voorzitter JD
- Prof. Mr. Dr. Jan G. BrouwerHoogleraar Algemene Rechtswetenschap, RUG
- Kathalijne BuitenwegTweede Kamerlid GroenLinks
- Machteld BuszDirecteur Mainline
- Dr. Lex CachetBestuurskunde, EUR
- Splinter ChabotPresentator en oud-voorzitter JOVD
- Prof. Dr. Rik CrutzenHoogleraar Behaviour Change & Technology, UM
- Martijn DerksManager Vincent van Gogh Verslavingszorg
- Mari van DorstDirectie Safety Group
- Raimond DufourStichting Drugsbeleid
- Dr. Hans DupontVerslavingsspecialist, Mondriaan
- Drs. Andrée van EsEx-Kamerlid, -wethouder en -voorzitter van GGZ-Nederland
- drs. V.J.W.C. Esman-PeetersDirecteur GGZ Nederland
- Prof. Dr. Ingmar FrankenProfessor of Clinical Psychology, EUR
- Niels de GeusDirecteur, AIR Amsterdam
- Yousef Gnaoui (Sef)Zanger
- Sander GroetFounding partner A’dam Toren
- Hendrik HarteveltVoorzitter Stichting het Zwarte Gat
- Prof. Dr. Bob HoogenboomForensic Business Studies
- Essam JansenE&A Events
- Mr. Sander JanssenStrafrechtadvocaat
- Martin JelsmaDrugs & Democratie programma, the TransNational Institute (TNI)
- Eelke KleijnDJ en producer
- Prof. Dr. Gerjo KokEm. hoogleraar toegepaste psychologie, UM
- Prof. Dr. Emile KolthoffHoogleraar Criminologie, OU / Lector Ondermijning Avans Hogeschool
- Prof. Dr. D.J. KorfHoogleraar Criminologie UvA.
- Pepijn LanenDe Jeugd van Tegenwoordig
- Frank van der LendeDJ 3FM
- Ben LebesqueSenior preventiefunctionaris, Verslavingszorg Noord Nederland
- Ronald van LitsenburgEvent Medical Service
- Olivier LocadiaDe Jeugd van Tegenwoordig
- J. V. MullerVoorzitter raad van Bestuur Arkin
- Prof. Dr. Arie C. Nieuwenhuijzen KrusemanEx-voorzitter KNMG
- Saskia NoortSchrijfster en journaliste
- Dr. Gjalt-Jorn PetersUniversitair docent gedragsverandering, OU
- Mr. Peter PlasmanStrafrechtadvocaat
- Tjibbe ReitsmaCommissaris politie b.d.
- Bastiaan RosmanPresentator Drugslab BNN
- Prof. Mr. Theo de RoosEm. hoogleraar Strafrecht UT en plv. rechter
- Drs. R.J.T. RuttenRaad van Bestuur Tactus verslaving (bestuurslid GGZ Nederland)
- Marc SchuilenburgUniversitair docent Criminologie, VU
- Mr. Sidney SmeetsStrafrechtadvocaat
- Mark SmitzDirectie MedEvents
- Mr. Gerard SpongStrafrechtadvocaat
- Ritty van StraalenDirectie ID&T
- Duncan StutterheimDancepionier en ondernemer
- Wouter TavecchioDirectie ID&T
- Dr. E. TellegenSchrijver ‘Het utopisme van de drugsbestrijding’, 2008.
- Jan TerlouwEx-minister van Economische zaken
- Thomas Martojo, Casper Tielrooij en Matthijs Theben TervilleDekmantel
- G.J.W.C.M. Tibosch MPMVoorzitter Verslavingskunde Nederland
- Prof. Dr. Jean TillieDecaan faculteit Maatschappij en Recht, HvA / hoogleraar Political Science
- Gert Jan Tupker MHABestuurder Parnassia Groep zorgbedrijven i-psy, PsyQ en Brijder verslavingszorg
- Dr. E. VedelDirecteur Jellinek
- M.J. VerschuureVoorzitter Raad van Bestuur IrisZorg
- Mr. Tim VisStrafrechtadvocaat
- E. de VosBestuurder Terwille
- Peter R de VriesMisdaadverslaggever
- Filemon WesselinkPresentator
- Sigrid WijnbergRaad van Bestuur Novadic- Kentron
- Prof. mr. Michail WladimiroffVoormalig advocaat
- Richard ZijlmaDancepionier