De stad Dresden heeft de “nazi-noodsituatie” uitgeroepen. Woensdag stemde de gemeenteraad met 39 tot 29 stemmen voor een aanvraag van de satirische partij “The Party”. De rood-rood-groene meerderheid van de gemeenteraad in samenwerking met de FDP formuleerde de motie echter in een beleidsverklaring.
Hierin wordt burgemeester Dirk Hilbert (FDP) in de komende vijf jaar opgeroepen “een focus van zijn werk op de versterking van een democratische alledaagse cultuur”, “de bescherming van minderheden en slachtoffers van rechts geweld” en de “inzet tegen de oorzaken van extreemrechtse posities” liggen.
Dresden, de hoofdstad van de Oost-Duitse deelstaat Sachsen, wordt al langer gezien als een extreemrechts bastion waar onder meer de anti-islamitische beweging Pegida ontstond. Gemeenteraadsleden in de stad willen dit probleem nu aankaarten en willen dat er maatregelen genomen worden om de situatie te verbeteren. Volgens Max Aschenbach, een van de gemeenteraadsleden, is “de open, democratische samenleving bedreigd”. Omdat er in zijn ogen te weinig actie ondernomen wordt door de politici, neemt hij met andere partijleden zelf het heft in handen.
Hiervoor riepen ze de “nazinoodtoestand” uit om, naar analogie met de klimaatnoodtoestand, aan te tonen dat ze een serieus probleem hebben. De maatregel erkent dat “extreemrechtse houdingen en acties steeds vaker voorkomen” en roept de stad op om slachtoffers van extreemrechts geweld te helpen, minderheden te beschermen en de democratie te versterken.
De symbolische maatregel werd woensdagavond op de gemeenteraad goedgekeurd met 39 stemmen voor en 29 tegen. De gemeenteraadsleden willen vooral tonen hoe groot het probleem is, maar de stad is niet verplicht actie te ondernemen. Aschenbach zei dat de goedkeuring van de motie aantoont dat de gemeenteraad zich inzet voor de bevordering van “een vrije, liberale, democratische samenleving die minderheden beschermt en zich resoluut verzet tegen de nazi’s”.
Resolutie verdeelt de FDP
Kritiek op de beslissing komt van de vrije kiezers. Hun gemeenteraadslid Frank Hannig noemde de “nazi-noodsituatie” een “polemiek” en betreurt het gebruik van de “nazi-taal” in deze context. Omdat: “Alleen door de noodwetten werd Adolf Hitler benoemd tot kanselier van het Reich.” Daarom is hij het daar niet mee eens. Een “nazi-noodgeval” verkondigen was “water op de molens van degenen die zich over Dresden verplaatsen”.
Maar ook van de FDP kwam kritiek. Gemeenteraadslid Holger Zastrow noemde de petitie ‘een openlijke provocatie’. Als hij aan de vergadering had deelgenomen, zou hij in zijn eigen woorden hebben gezegd: “de onzin afgewezen.”
Zijn groepscollega Holger Hase houdt tegen. “Het gevaar is duidelijk van rechts. De jaren tussen 1933 en 1945 zijn geen vliegas uit de geschiedenis. Het onderschatten van de uitdagingen van rechts heeft nooit gewerkt. “
De stad valt wel mee … is meer het gebied er omheen (oa richting Tsjechie). Maar goed, als je mensen buiten de boot laat vallen …