Giorgia Meloni, de premier van Italië en leider van een partij met neofascistische oorsprong, werd begroet tijdens een toespraak in Rimini met enkele afgevaardigden die het protestlied zongen bij haar aankomst.
Meloni sprak tijdens een conventie van de drie belangrijkste Italiaanse vakbonden, CGIL, CISL en UIL, toen enkele vakbondsleden het lied zongen en de zaal verlieten met opgeheven vuisten. Bella Ciao ontstond aan het einde van de 19e eeuw tussen de ontberingen van vrouwelijke rijstveldarbeiders en werd het volkslied van de Italiaanse verzetsbeweging door partizanen die zich verzetten tegen het fascisme in de Tweede Wereldoorlog. Sindsdien is het een hymne van vrijheid en verzet geworden
De Italiaanse premier Giorgina Meloni, sprak tijdens een bijeenkomst van de drie belangrijkste Italiaanse vakbonden in de plaats Rimini. Bij haar aankomst op het podium, begonnen de vakbondsleden het protestlied “Bella Ciao” te zingen en verlieten daarna de zaal met opgeheven vuisten. Meloni, die ook de leider is van Fratelli d’Italia, een partij met neofascistische wortels kon deze “verwelkoming” – aan haar gezichtsuitdrukkingen te zien – niet waarderen.
Het protestlied dat gezongen werd ontstond aan het einde van de 19e eeuw en gaat over de misstanden onder vrouwelijke rijstveldarbeiders in Italië. Later werd het gebruikt als het volkslied van de Italiaanse verzetsbeweging door partizanen, die zich verzette tegen het fascisme in de Tweede Wereldoorlog.