Invoering van een avondklok in Nederland is zoveelste stap richting surveillancemaatschappij, stelt Privacy First in een open brief aan de Tweede Kamer.
Morgen debatteert de Tweede Kamer over de invoering van een tijdelijke avondklok. Mocht de overheid hiertoe overgaan dan mogen burgers zich vanaf zaterdag of zondag tussen 20.30 en 4.30 uur niet op straat begeven. Dit om verspreiding van de Engelse variant van het coronavirus tegen te gaan. Uitzonderingen worden gemaakt voor mensen die ‘s avonds en /of ‘s nachts moeten werken.
Vincent Böhre van privacywaakhond Privacy First schrijft in een open brief aan de leden van de Tweede Kamer dat bij invoering ‘Nederland op een historisch mensenrechtelijk kruispunt’ staat. ‘Wordt voor het eerst sinds de Tweede Wereldoorlog weer een nationale avondklok ingevoerd? Privacy First acht een dergelijk verregaande, generieke maatregel in vrijwel elke situatie verre van noodzakelijk en disproportioneel.’
Bovendien is de effectiviteit van de maatregel tot op heden onbekend. Böhre: ‘Alleen daarom al kan van de juridisch vereiste maatschappelijke noodzaak van een avondklok geen sprake zijn. Een avondklok zal ook averechts kunnen werken, omdat dit de mentale en (dus ook) fysieke gezondheid van grote groepen in de samenleving schaadt.’
‘Daarnaast vormt een avondklok in Nederland een zoveelste stap richting surveillancemaatschappij’ Stekt Böhre. ‘De inzet van lichtere, gerichte en effectievere maatregelen heeft dan altijd de voorkeur. Mocht desondanks een avondklok worden ingevoerd, dan vormt dat in de optiek van Privacy First een massale schending van het recht op bescherming van de persoonlijke levenssfeer en de vrijheid van beweging.’