Mensen die geen corona-vaccin willen of daar nog over twijfelen, worden vaak op één hoop gegooid. Uit het onderzoek ‘De maatschappelijke impact van COVID-19′ blijkt dat dit onterecht is: de motieven zijn divers en verschillen ook in intensiteit. Door iedereen weg te zetten als ‘wappies’ en ‘complotdenkers’ groeit het wantrouwen in overheid en reguliere media dat onder veel vaccin-critici leeft. Gerichte informatie van personen die zij wel vertrouwen, zoals hun huisarts, kan twijfel bij sommigen wél wegnemen.
Begin dit jaar ging de vaccinatiediscussie vooral over de vraag hoe snel de coronavaccins beschikbaar zouden zijn en welk vaccin de voorkeur had. Aan mensen die kritisch stonden tegenover vaccinatie werd maar weinig aandacht besteed. Wanneer het hier wel over ging, werden vaak termen gebruikt als ‘wappies’ en ‘complotdenkers’. Inmiddels focust het maatschappelijke debat zich wel op degenen die niet gevaccineerd willen worden tegen corona, of daar nog over twijfelen. Maar wie zij zijn en welke motieven ze hebben, blijft vaak bij anekdotes. Kortom: tijd voor een systematische analyse.
Uit een enquête verricht onder een representatieve steekproef van de Nederlandse bevolking blijkt dat in maart 2021 ongeveer 15 procent van de respondenten zich niet wilde laten vaccineren tegen corona. Aan deze respondenten is de open vraag gesteld waarom zij dat niet willen. Dit leverde ongeveer 700 antwoorden op die net als ons eerdere onderzoek de verhalen achter de cijfers laten zien.
De antwoorden op de enquêtevraag zijn heel gevarieerd en veel respondenten gaven meerdere redenen. Op basis van de analyse kunnen de motieven in vier hoofdcategorieën worden ingedeeld. Deze motieven waren herkenbaar voor een groep huisartsen en GGD-medewerkers in de regio Rotterdam en Den Haag, met wie we de resultaten hebben besproken.
Bezorgdheid over bijwerkingen
Ongeveer een derde van de genoemde motieven betreffen zorgen over bijwerkingen op korte of langere termijn. Sommige respondenten hebben een bepaalde aandoening of gebruiken medicatie, wat ze onzeker maakt over hoe hun lichaam zal reageren op het vaccin.
Ik ben bang voor de bijwerkingen die genoemd worden. Gewrichtspijn, spierpijn en vermoeidheid zijn nu net de zaken waar ik mijn hele leven last van heb.
Veel andere respondenten maken zich zorgen over mogelijke gevolgen op langere termijn die nu nog onbekend zijn. Zoals vrouwen die bang zijn onvruchtbaar te raken door het vaccin. Vaak schrijven mensen dat ze geen ‘proefkonijn’ willen zijn en niet willen deelnemen aan een ‘experiment’ waarvan de gevolgen onduidelijk zijn.
Pas wanneer de vaccins uit hun ‘experimentele fase’ zijn ben ik bereid te overwegen mijzelf te laten vaccineren, niet eerder.
Ik vertrouw het niet. Mrna is een heel andere vorm van vaccins en de komende twee jaar nog in de experimentele fase. En ik wil geen proefkonijn zijn, in dezen.
Vertrouwen in immuunsysteem
Ongeveer een kwart van de redenen die respondenten noemen gaan over het vertrouwen in het eigen lichaam en immuunsysteem. Zij geven aan dat zij gezond en sterk zijn en dat hun lichaam voldoende in staat is om antistoffen aan te maken tegen het coronavirus. Vaccineren is volgens hen daarom onnodig; dit zal hun gezonde lichaam eerder schaden dan beschermen.
Daarnaast zijn er respondenten die aangeven niet tot een risicogroep te behoren die kwetsbaar is voor het virus. Zij zijn niet tegen het coronavaccin in het algemeen, maar zien het voor henzelf als onnodig. Opvallend is dat ook veel respondenten boven de 65 jaar deze reden noemen.
Niet nodig. Ik vertrouw op mijn eigen immuunsysteem. Daarbij krijgt meer dan 98% van de mensen die corona krijgt geen ernstige klachten en de focus ligt nu op die 2% kwetsbaren. Vaccineer die mensen net als met de griepprik als ze dat willen en laat gezonde mensen met rust.
Binnen dit motief vallen ook respondenten die zelf corona hebben gehad en daarom geen vaccin nodig zeggen te hebben.
Ik heb al 2x zelf corona gehad, ben niet super ziek ervan geweest. Ik acht mijn lichaam zelf in staat om het aan te vechten.
Wantrouwen in instanties: van unheimisch gevoel tot complottheorie
Een derde veel voorkomend motief om niet te vaccineren is wantrouwen. Ruim een derde van het totale aantal redenen dat respondenten noemen, behoort tot deze categorie. Vaak geven respondenten aan dat ze ‘het’ niet vertrouwen. Wat ze precies niet vertrouwen, specificeren ze niet altijd. Als ze wel verdere toelichting geven, blijkt vaak dat ze geen vertrouwen hebben in de instanties die betrokken zijn bij het ontwikkelen en verspreiden van de vaccins, zoals de farmaceutische industrie en het RIVM. Daarnaast noemen respondenten wantrouwen in het kabinet of de overheid.
We zien een gradatie in de mate van wantrouwen. Veel respondenten erkennen het bestaan van het coronavirus, maar hebben sterke twijfels bij het vaccinatiebeleid en het coronabeleid in het algemeen. Er is volgens hen in de discussie weinig ruimte voor een kritisch geluid – je wordt al snel als ‘antivaxxer’ of ‘wappie’ neergezet – en dat frustreert hen.
Het vaccinatieprogramma en de voorlichting daarvan heeft een erg hoog propaganda-gehalte en ik acht dat een medische wetenschap onwaardig. Bovendien zijn de economische belangen van farmaceutische bedrijven ongezond verweven met dit onderwerp. (…) Ik ben ook sceptisch omdat ik, tot mijn spijt, naast heel veel goede en bewonderenswaardige menselijkheid in de medische beroepsgroep, juist op dit soort onderwerpen veel te vaak een harde arrogantie heb meegemaakt. Ik wil niet zomaar klakkeloos meedoen met een maatschappelijke ontwikkeling waar zo weinig kritische reflectie op mogelijk is.
Mensen die alleen al vragen stellen over veiligheid worden zelfs door de minister voor Wappie uitgemaakt. Als je dat soort dingen al niet mag vragen van de verantwoordelijken, dan is daar blijkbaar reden toe.
Bij andere respondenten zit het wantrouwen nog dieper. Sommige halen complottheorieën aan en vinden de pandemie een grote hoax.
Ik vertrouw het voor geen meter. Het kabinet laat keer op keer zien niet in control te zijn. En het vaccin zie ik in deze tijd als politiek middel en niet als een geneesmiddel.
Omdat het dodelijk is, mening van Amerikaanse arts, 35 jaar in het vak en video gelijk verwijderd waar het in bekend werd, het is een grote genocide wat er gebeurt en die het uitvoeren zijn grote criminelen, het vaccin is helemaal niet goedgekeurd.
De bovengenoemde hoofdmotieven worden overigens vaak in combinatie genoemd. Veel respondenten zijn niet makkelijk in één hokje te plaatsen, zoals onderstaand citaat illustreert.
1.Nog in testfase, ben geen proefkonijn. 2. Rdna is een risico (woorden van de Jonge). 3. Ik heb een “overlevingskans” van 99.8% dus vorm geen enkel risico. 4. De vinger in de pap door big pharma. 5. Geen aansprakelijkheid big pharma. 6. Moet nog steeds een mondkap op en afstand houden. 7. The great reset. 8. Bill gates.. Zo kan ik nog wel even doorgaan.
Religieuze overtuiging
Een vierde motief, dat door huisartsen in regio Rotterdam en Den Haag vaak gehoord wordt, is religie. In de enquête kwamen we religieuze overwegingen beperkt tegen als reden om niet te vaccineren. Enkele voorbeelden die wel genoemd werden:
God heeft mij 67 jaar ongevaccineerd de gezondheid gegeven. Het zou van ondankbaarheid getuigen.
Ik stel mijn vertrouwen op God en Zijn wonderbaarlijke schepping. Dat laat mij persoonlijk geen ruimte voor een vaccin. Desondanks respecteer ik de mensen die wél kiezen voor een vaccin. Wellicht dat mijn mening, over de toegang van een vaccin in mijn lichaam, in de toekomst nog verandert.
Dit laatste citaat brengt een belangrijke nuancering aan in de discussie over ongevaccineerden: zij denken niet allemaal zwart-wit en sommigen sluiten niet uit nog van mening te veranderen.
Praktische obstakels
Waar in de enquête vooral overtuigingen naar voren komen als reden om niet te vaccineren, signaleren huisartsen en GGD-medewerkers met wie we spraken ook praktische obstakels. Ten eerste wat betreft de informatievoorziening. De taal in de vaccinatiecampagne van de overheid sloot volgens hen vaak niet aan bij de groep mensen die men probeerde te bereiken. Verschillende huisartsen gaven aan dat het ‘NPO1-kijkende publiek’ goed geïnformeerd werd, maar dat je er niet van moet uitgaan dat iedereen die informatiebron gebruikt. Ook tijdens persconferenties was er een stroom aan informatie die voor veel mensen moeilijk te begrijpen was. “Je zit naar allemaal hele intelligente mensen te kijken die allemaal hele ingewikkelde dingen zeggen waar je eigenlijk niks van snapt”, vatte een Rotterdamse huisarts de ervaring van veel van haar patiënten samen.
Daarnaast zien de zorgprofessionals nog een barrière: de bereikbaarheid van de priklocaties. Volgens de huisartsen richtte het beleid zich op ‘de grote massa’ die over het algemeen toch al een hogere vaccinatiebereidheid heeft en die weinig obstakels ervaart bij het bezoeken van een GGD-priklocatie. Er werd minder gedacht aan bewoners in kwetsbare wijken. Als voorbeeld noemde een Haagse huisarts de priklocatie bij het stadion van ADO Den Haag, ver buiten het centrum: die is moeilijk bereikbaar voor mensen die geen auto hebben en op de fiets naar de markt gaan al spannend vinden. “Ja, dan ga je niet naar het ADO-stadion voor een test of een prik”.
In combinatie met twijfels die veel mensen toch al hadden, kunnen dit soort obstakels de doorslag geven, zo hebben verschillende zorgprofessionals ervaren. Zij noemden ook voorbeelden waarin het wel lukte om specifiekere doelgroepen te bereiken. Daar werd flexibel en creatief ingespeeld op kennis over de doelgroep. Zo bleken moskeeën een belangrijke plek om informatie te verschaffen over de vaccins. Hier gingen huisartsen in gesprek met twijfelaars en wie dat wenste kon ter plekke gevaccineerd worden. Een Haagse huisarts zegt:
Ik ken die mensen toch vaak al bijna 30 jaar en dan hebben ze over het algemeen toch wel vertrouwen in je. En als je dan zegt ‘Nou, ik zou adviseren om het wel te doen want het is beter dan het niet te doen’, dan lukt het over het algemeen inderdaad wel, dan kan je ze wel overtuigen, ja.
Bij sommige vaccin-critici kunnen twijfels en zorgen weggenomen worden door sleutelfiguren die zij vertrouwen. Andere willen niet ‘bereikt’ of ‘overtuigd’, maar vooral gehoord worden. Hen wegzetten als ‘wappies’ werkt alleen maar averechts: het vergroot hun wantrouwen in de overheid en medemens en versterkt de toch al toenemende polarisatie.